Op de Amsterdamse Golfclub vond maandag 4 juli het eerste Bloemendaal Open plaats, een lokaal zakelijk netwerk- en golf event. Ondernemers, managers en bestuurders uit Bloemendaal en omgeving konden hier nieuwe contacten leggen en bestaande relaties versterken. Daarnaast steunden zij de jubilerende Stichting Bloemendaal-Dogon met een fundraising.
Meer dan twintig teams hadden zich ingeschreven. Waarschijnlijk wilde iedereen profiteren van die ene zomerse dag, want er waren geen afmeldingen. De meeste deelnemers speelden voor het eerst op deze prachtige baan zo dicht bij huis. Initiatiefnemers Chris van den Berg en Robert Korstenbroek kijken terug op een geslaagde dag. Chris: “Het mooie weer was natuurlijk een cadeautje. De sfeer was uitstekend, iedereen was volop met elkaar in gesprek en er werden heel wat visitekaartjes uitgewisseld. Volgens mij ging iedereen ontspannen en voldaan naar huis. Precies zoals we het bedoeld hadden.” Als het aan Chris en Robert ligt is Bloemendaal een traditie rijker en wordt het Bloemendaal Open voortaan op elk jaar voor de zomervakantie.
Gedurende de hele dag waren ook Liesbeth Spigt en Aagje Nicolaas aanwezig van de Stichting Bloemendaal-Dogon. De stichting, die nu tien jaar bestaat, ondersteunt projecten op het gebied van onderwijs en gezondheid in het Pays Dogon, een bijzonder gebied in het Afrikaanse Mali. Aagje: “Het is fijn om met elkaar hard te werken aan een doel, want samen ben je meer waard. De kracht van het Dogon-volk ontroert me altijd. Deze mensen kunnen zo veel, maar door gebrek aan geld is het voor hen moeilijk om vooruit te komen.” Om de jarige stichting te steunen organiseerde het Bloemendaal Open een fundraising; onder leiding van veilingmeester Floris-Jan Bovelander werden tijdens het diner enkele Malinese kunstvoorwerpen geveild. Directeur van de stichting, Liesbeth Spigt was blij met het initiatief en met de opbrengst van ruim 2300 euro. “Ik word heel vrolijk van een dag als deze, waarbij dat we zoveel geld ophalen en aandacht krijgen voor ons werk. Nu kunnen we nog meer kinderen naar school laten gaan.”
